Kom goed voorbereid naar de afspraak, log in op Mijn Maasstad Ziekenhuis. Hier vindt u alle afspraakinformatie en eventuele voorbereidingen die u moet doen.
Polsscopie
Polsscopie
Bij een polsscopie wordt met behulp van een kleine camera in uw pols gekeken. Ook kunnen er kleine hulpinstrumenten worden ingebracht. Dit noemt men een artroscopie: een kijkoperatie bij een gewricht.
Kom voorbereid naar uw afspraak
Log in voor uw afspraak
Via een klein sneetje in de pols wordt de camera (scoop) naar binnen gebracht. Op deze manier kan de arts een aantal onderdelen in de pols bekijken. In sommige gevallen kan de arts tijdens de polsscopie ook direct ontstekingsweefsel wegnemen of de meniscus (TFCC) in de pols vastzetten.
Via een aantal kleine openingen (groene stippen) wordt een camera (en werkinstrumenten) het polsgewricht ingebracht. Een groot deel van het gewricht (rood op het beeldscherm) kan bekeken (en soms behandeld) worden.
Bij welke klachten een polsscopie
Een polsscopie kan soms nodig zijn voor het beoordelen van:
- Kraakbeenschade bij bijvoorbeeld: SLAC-pols of SNAC-pols, Kienböck, polsbreuk.
- Een mogelijk TFCC letsel.
- Ligamentair letsel bij bijvoorbeeld: SL letsel of LT letsel.
Het onderzoek
Voor het onderzoek
Voor het onderzoek moet u rekening houden met:
- Neem een begeleider mee naar het ziekenhuis om u na de operatie te helpen met aankleden en/of vervoer naar huis.
- Draag geen sieraden of nagellak.
- Haal alvast pijnstilling in huis (paracetamol, zo nodig krijgt u een recept voor extra pijnstilling).
- Geef eventuele allergieën voor de ingreep door aan de arts.
- Stop in overleg met de arts een aantal dagen voor de operatie met bloedverdunnende medicatie. U kunt dit 1dag na de operatie weer hervatten.
Het onderzoek
Tijdens het onderzoek ligt u op uw rug met uw arm opzij. Het onderzoek gebeurt in dagbehandeling onder verdoving van de hele arm. Soms wordt gekozen voor volledige verdoving (anesthesie).
Uw hand wordt aan uw wijs- en middelvinger naar boven opgehangen. Via kleine sneetjes in de pols worden de scoop (camera) en de werkinstrumenten naar binnen gebracht. Soms wordt er ook wat vocht in de pols gespoten om beter zicht te krijgen. Als het nodig is, kan er ook een soort stofzuiger gebruikt worden om de pols schoon te maken. Na afloop worden de gaatjes dicht geplakt met een hechtpleister.
Nazorg
- Na het onderzoek krijgt u een drukverband aangemeten U moet het verband droog te houden. Tijdens douchen kunt u een plastic zak om de hand doen.
- U moet de hand de eerste 2 dagen hooghouden. Dit kan met de hulp van een mitella of sling. 's Nachts kunt u uw hand het beste op een kussen laten rusten.
- Het is van belang dat u de vingers regelmatig beweegt om stijfheidsklachten te voorkomen.
Oefening 1
Dit kunt u doen door 5x per dag 10 keer de vingers recht te maken en 10 keer de vingers ontspannen te buigen. Dit herhaalt u waarbij u de andere hand gebruikt om de vingers te helpen met te bewegen.
Oefening 2
Spreid en sluit 5x per dag 10 keer de vingers om het vocht uit de hand weg te pompen. Vermijd met kracht een vuist te maken. - Voor eventuele napijn kunt u paracetamol gebruiken, maximaal 4x per dag 1.000 mg.
- Zelf autorijden met het drukverband mag niet, u bent dan niet verzekerd.
- Na 5 dagen mag u zelf het drukverband verwijderen. De hechtpleisters laat u minimaal 10 dagen zitten.
- U mag de pols na het verwijderen van het drukverband gewoon belasten zoals u voor de kijkoperatie deed. Als er ook een hersteloperatie van het TFCC heeft plaats gevonden, is dit anders. Dit wordt dan door de arts met u besproken.
Hersteltraject
De duur van de herstelfase van een polsscopie is kort. Gemiddeld voelt de pols slechts 2 tot 3 weken wat stijf aan. Soms komt het voor dat de kleine littekens en het gebied rondom het litteken langere tijd (weken tot maanden) gevoelig zijn bij aanraken en druk zetten. Het litteken kan ook hard aanvoelen. Deze klachten zijn bijna altijd tijdelijk.
Handenteam
Na een polsscopie is meestal geen nabehandeling nodig met uitzondering van een TFCC herstel.
Mogelijke complicaties
Bij een kijkoperatie bestaat een kleine kans dat complicaties zich voordoen. Voor de volledigheid noemen we de (zeer) zeldzame complicaties. Als u vragen heeft over de mogelijke complicaties, raden wij u aan om contact op te nemen met uw behandelend arts.
- Een wondinfectie, een nabloeding of een veranderd gevoel rondom het litteken. Neem bij roodheid, koorts of erge pijnklachten contact op met het ziekenhuis.
- Een zeer zeldzame complicatie bij een polsscopie is een letsel van de strekpezen. De aangedane pees moet dan chirurgisch hersteld worden.
- Na een ongeluk met of operatie van de hand kunnen er onbegrepen klachten ontstaan die niet direct te maken hebben met trauma of de operatie. Deze klachten kunnen roodheid, zwelling, een glanzende huid, stijfheid en pijn zijn. Ook kan er intolerantie ontstaan voor kou. Deze klachten komen slechts zeer zelden voor en zijn vaak tijdelijk.